Isoborneol (AC)

Geurprofiel: fris en kamferachtig, met een warme houtachtige ondertoon. In de opening ruik je een koele, munt‑achtige scherpte. Daarna komen zachte hars‑ en houtnuances naar voren. Het kan ook licht kruidig en een beetje aardachtig aanvoelen.
CAS‑nummer: 124‑76‑5
Dosering: gebruikelijk in zeer lage concentraties; begin met 0,01–0,1% in eindformuleringen
Omdat het al in kleine hoeveelheden goed te ruiken is, gebruik je het spaarzaam.
Uiterlijk: Bij kamertemperatuur verschijnt iso‑borneol meestal als wit tot lichtgeel kristallijn vaste stof
Geurgroep: kamferachtig / houtachtig
Synoniemen: isoborneol, exo‑borneol ,borneolum

Artikelnummer: ACISBR Categorieën: , Tags: , , ,

Vanaf  3,49 incl. btw

1e klas Kwaliteitsproducten

Alle geurstoffen worden met zorg uitgezocht

Levering uit voorraad

Wij leveren alles uit eigen voorraad, tenzij anders aangegeven bij het product zelf.

Gebruik in parfumerie

Iso‑borneol wordt vooral gebruikt om frisse, kamferachtige accenten te geven.
Het werkt goed in top‑ en hartnoten en helpt om kruidige en houtachtige geuren met elkaar te verbinden.
In fougère‑achtige of aromatische composities geeft het een heldere, koele toets die de geur meer karakter geeft zonder te overheersen.
Het wordt meestal gebruikt als accent in de top of het hart om fougère‑, aromatische en houtachtige structuren te verhelderen en te verbinden met kruidige of harsachtige noten.

Isoborneol is de frisse, kamferachtig‑houtachtige tegenhanger van borneol, met een iets scherpere, koelere bite.

Aanbevolen dosering

  • Begin klein: start met zeer lage concentraties, bijvoorbeeld 0,01–0,1% van de totale formule.
  • Testen: maak eerst proefflesjes en ruik na verdunning in alcohol of olie.
  • Opbouwen: verhoog langzaam als je meer kamfer‑effect wilt, maar let op dat het snel te scherp kan worden.
  • Gebruik als accent: begin met zeer lage concentraties en test in een drager (alcohol of olie); isoborneol is effectief in kleine hoeveelheden en kan snel dominant worden
  • Combineer met: zachte esters (zoals isobornylacetaat), sandelhout of ceder voor balans, en lavendel of rozemarijn voor een aromatische topnoot

 

Goede combinaties

  • Houtnoten: sandelhout, cederhout — verzachten en verdiepen de basis.
  • Kruidige noten: rozemarijn, lavendel — versterken het frisse en kruidige karakter.
  • Esters: isobornylacetaat — maakt het zachter en ronder.
  • Borneol: geeft een vergelijkbare, maar iets mildere kamfertoon.

 

Complementaire geurstoffen (en waarom ze werken)

Complementaire geurstoffen die goed met iso‑borneol combineren zijn zachte esters en houtnoten zoals isobornylacetaat, sandelhout en lavendel; 

  • Isobornylacetaat — een ester die het scherpe kamfer van iso‑borneol verzacht en een warme, houtachtige ronding geeft; ideaal om scherpte te balanceren.
  • Sandelhout (synthetisch of natuurlijk) — verdiept de basis en geeft een zachte, romige houttoon die de harsachtige ondertoon van iso‑borneol ondersteunt.
  • Lavendel — brengt bloemige en kruidige frisheid die de munt‑/kamferopening verzacht en de compositie vriendelijker maakt.
  • Rozemarijn of tijm (etherische oliën) — versterken het kruidige, groene aspect en werken goed in aromatische of fougère‑achtige blends.
  • Cederhout of patchouli (in kleine hoeveelheden) — geven diepte en stabiliteit aan de basis zonder de kamfertoon te verbergen.

Praktische tip: combineer iso‑borneol altijd in kleine stappen; voeg eerst een verzachtende ester of houtnoot toe om te voorkomen dat de mix te scherp wordt

Vergelijkbare geurstoffen

  • Borneol — chemisch verwant en geurmatig vergelijkbaar; iets milder en warmer dan isoborneol, goed als alternatief of om samen te gebruiken.
  • Camphor (kamfer) — deelt de koele, scherpe kamfer‑tonen; gebruik het spaarzaam omdat het snel dominant kan worden.
  • Isobornylacetaat — hoewel een ester, heeft het een kamferachtig‑houtachtig karakter dat vaak als zachtere tegenhanger wordt ingezet.
  • Menthol / eucalyptol (1,8‑cineol) — geven vergelijkbare frisse, koele accenten maar met een meer munt‑ of eucalyptus‑kleur; gebruik voor een frissere topnoot.

Blend tips

  • Voor een frisse fougère: iso‑borneol + lavendel + rozemarijn + cederhout.
  • Voor een houtachtige compositie: iso‑borneol + isobornylacetaat + sandelhout + een vleugje patchouli.

Isoborneol en borneol zijn stereoisomeren: beide zijn bicyclische monoterpeen‑alcoholen met een kamferachtige geur, maar ze verschillen in de plaatsing van de OH‑groep (exo vs endo) wat kleine maar merkbare verschillen in geur, smeltpunt en gebruik veroorzaakt.

Structuur en chemisch verschil

Isoborneol heeft de hydroxylgroep in de exo‑positie, terwijl borneol de hydroxylgroep in de endo‑positie heeft.
Deze subtiele ruimtelijke verandering (epimerisatie) verklaart waarom ze verschillend reageren in synthese en waarom spectroscopie ze kan onderscheiden.

Geur, uiterlijk en fysische eigenschappen

Beide stoffen verschijnen als kleurloze tot witte kristallijne stukjes en ruiken kamferachtig, scherp en licht houtachtig.
In de praktijk wordt borneol vaak als iets milder en traditioneel gebruikt in aromatherapie en traditionele toepassingen, terwijl isoborneol iets andere geurtonen en fysische eigenschappen kan tonen door de andere stereochemie.

Gebruik en geurtoepassingen

  • Parfumerie en aromatische blends: beide worden gebruikt als accentstoffen voor frisse, kamferachtige en houtachtige accenten; borneol wordt soms als iets zachter ervaren, isoborneol kan iets scherper of resinous overkomen afhankelijk van concentratie.
    Wordt doorgaans zeer laag gedoseerd (Begin rond 0,01–0,1% in parfumformules )
  • Chemische toepassingen: isoborneol en borneol worden ook gebruikt als tussenproducten in synthese en als referentiestandaarden in analyses; hun stereochemie beïnvloedt reacties en zuiverheidsanalyses

 

Vergelijkingstabel

Kenmerk Isoborneol Borneol
OH‑positie exo endo
Geurkarakter kamferachtig, iets resinous kamferachtig, iets milder
Gebruik parfumerie, synthese, analytica parfumerie, aromatherapie, traditioneel gebruik

Gerelateerde producten